Waarom beperking maximaal 800 Watt bij een thuisbatterij of zonnepaneelomvormer "met steker" / "plug in battery"

thuisbatterij met steker van marstek model venus
thuisbatterij "met steker"

Wellicht denk je, waarom moet de overheid nou weer beperkingen opleggen dat een thuisbatterij "met steker" of een zonnepaneelset "met steker" maar maximaal 800 Watt mag leveren?

En waarom mag je er maar één zo'n apparaat aansluiten en niet twee, drie, vier of nog meer? Is dit ongebreidelde bemoeizucht van de overheid?

Want wanneer je een thuisbatterij of zonnepaneelomvormer rechtstreeks, dus zonder steker op een eigen elektriciteitsgroep aansluit dan geldt er geen beperking. Maar als je hetzelfde apparaat mét steker aansluit, dan gelden ineens gelden wel vele beperkingen. Het kan toch niet waar zijn dat een thuisbatterij "met steker" ineens gevaarlijker zou zijn dan eentje zonder steker?

Rustig, kalm maar, want zoals wel vaker geldt "alles weten, is alles begrijpen". In dit artikel doen we heel helder uit de doeken waar deze beperkingen vandaan komen.

Je zal er achter komen dat dit komt vanwege situaties waar jij nog niet over nagedacht hebt, en dat zonder die beperking hele onveilige situaties kunnen ontstaan met zelfs mogelijk brand tot gevolg.

In het kort

Dat een thuisbatterij of zonnepaneelomvormer "met steker" maar 800 Watt elektrisch vermogen mag leveren (injecteren) én dat je maar één zo'n apparaat op de elektrische installatie mag aansluiten heeft meerdere redenen.

De kern van deze beperking is dat de stroom die vanuit deze apparaten geleverd wordt niet via de zekering/automaat in de groepenkast loopt, dus niet beveiligd is tegen kortsluiting of overbelasting binnen diezelfde groep.

Stel je steekt zes van die apparaten in een elektriciteitsgroep (wat fysiek mogelijk is) die leveren dan samen 6x800 Watt = 4800 Watt. Die stroom kán binnen dezelfde groep opgenomen worden door andere apparaten. Dan zou binnen die groep een stroom kunnen vloeien van 4800 Watt / 230 Volt = 20,9 Ampère[1]. Dat is vreemd, want de automaat in de groepenkast zou die groep juist moeten beveiligen tegen stromen die groter zijn dan 16 Ampère. Maar dat doet die automaat dán niet.

De reden dat de automaat in de groepenkast, meestal van 16A, deze situatie niet kan beveiligen komt omdat de stroom vanuit de thuisbatterijen "met steker" binnen dezelfde groep vloeit naar de apparaten die dit vermogen gebruiken. Deze stroom vloeit dus totaal niet via de automaat in de groepenkast. De automaat "ziet" deze stroom dus niet.

Zou sprake zijn van overbelasting, en daar is sprake van in dit voorbeeld omdat er 20,9 Ampère stroomt (binnen die groep), dus meer dan 16 Ampère, dan zal de automaat in de groepenkast werkloos toekijken (en denken dat alles onder controle is) terwijl mogelijkerwijs je woning afbrand, immers tussen de zes energiebronnen en de afnemers bevindt zich geen automaat. En geen automaat, dan ook geen beveiliging.

Het probleem kan nóg groter worden. Stel, als voorbeeld, dat je twee thuisbatterijen met steker aansluit binnen dezelfde groep, die leveren samen dan 1600 Watt, dat is een stroom 1600 Watt / 230 Volt = 7 Ampère. Wanneer in diezelfde groep apparaten worden aangezet met een opgenomen vermogen van 5060 Watt, dan zou naar die apparaten, dus door de bekabeling in die groep, een stroom vloeien van 5060 Watt / 230 Volt = 22 Ampère. 15 Ampère vanuit de groepenkast en 7 Ampère vanuit die twee thuisbatterijen. En tóch zal de zekering in de meterkast niet ingrijpen. Want de automaat ziet maar 15 Ampère en dat is minder dan 16 Ampère, dus voor die automaat is er geen reden tot zorg.

Maar er zijn wel zorgen, grote zorgen zelfs. We hebben dan een majeur veiligheidsprobleem! Doordat de automaat in de groepenkast die 7 Ampère niet "ziet" zal de automaat nooit kunnen ingrijpen op deze overbelasting.

Dat überhaupt dit soort elektriciteitproducerende apparaten "met steker" toegestaan zijn, verbaast ons. Want er is geen technische beveiliging dat een consument toch (bedoeld of onbedoeld) meerdere van dit soort apparaten aansluit op één groep en dat kán leiden tot overbelasting van die groep met mogelijk brand tot gevolg. Een héle duidelijke instructie richting de consument die dit soort apparaten aanschaft is naar onze mening zeer essentieel.

Introductie

Dat een thuisbatterij "met steker", of een zonnepaneel "met steker" een vermogen mag leveren van maximaal 800 Watt, heeft met beveiliging van de elektrische huisinstallatie te maken. Die beperking is dus voor onze eigen veiligheid. Om de kans op brand te voorkomen.

De eerste reactie van veel lezers zal zijn, "wat een belachelijke beperking" want als door een elektrische groep 16A (Ampère) mag en kan vloeien zonder dat dit gevaar oplevert, waarom doet men dan zo moeilijk met een beperking van 800 Watt, want als je dat omrekent is dit maar 800 Watt / 230 Volt = 3,5 Ampère.

Dus al zou je vier van die apparaten aansluiten dan is dat bij elkaar 4 x 3,5A = 14A dus nog steeds binnen de limieten van een 16A groep, dus wat nou een beperking vanwege de veiligheid?

Die reactie is geheel begrijpelijk, maar zoals zo vaak, alles weten is alles begrijpen.

Hieronder zullen we je stap voor stap uitleggen waarom men deze beperking heeft opgelegd. Maar dan moeten we eerst een paar grondbeginselen van het beveiligen zekeringen/automaten uitleggen, weet je dat gelijk ook weer.

Kortsluitbeveiliging en overbelastingsbeveiliging

Een elektrische huisinstallatie (de bedrading in je woning) is beveiligd met zekeringen of automaten (vanaf nu automaten genoemd).

De aanwezigheid van die automaten is niet om de aangesloten apparatuur te beschermen.

De enige taak van een automaat is om de bekabeling te beschermen tegen de gevolgen van kortsluiting of overbelasting omdat dát zou kunnen leiden tot oververhitting van de leidingen met mogelijk brand tot gevolg.

Die automaten bevinden zich in de groepenkast (later zal je doorgronden dat het zinsdeel "in de groepenkast" dé sleutel is van het probleem).

Dat de automaten juist daar zitten is logisch, dan bevinden de automaten zich precies tussen de energiebron (het elektriciteitsnet) en de huisinstallatie waar de verbruikers van energie op aangesloten zijn. Mocht een kortsluiting of overbelasting zich voordoen aan de verbruikerszijde (dus in de elektrische installatie), dan zal een automaat dát deel van de elektrische installatie (de groep die de automaat beveiligd) de verbinding met de energiebron uitschakelen. Dan staat er geen spanning meer op dié groep en kan er dus ook geen stroom meer lopen, en is een potentieel gevaar op brand voorkomen.

Het is zo logisch, een automaat moet altijd tussen de energiebron en de afnemer(s) zitten, alleen dan kan hij zijn beveiligingsfunctie uitvoeren. Alleen zit tussen de thuisbatterij "met steker" en de elektrische installatie geen automaat! En al zou op de plek van invoeding een automaat aanwezig zijn, dan nog zal dit de elektrische installatie, voor die groep, niet beveiligen zoals je later in dit artikel zal lezen.

een thuisbatterij waarbij een snoer met steker zichtbaar is, het betreft de thuisbatterij van homewizard
thuisbatterij met steker van Homewizard

In een elektrische huisinstallatie kunnen zich (in dit kader) twee onwenselijke situaties voordoen: kortsluiting en overbelasting en dat zijn twee totaal verschillende zaken.

Bij een kortsluiting zal zeer kortdurend een zéér hoge stroom vloeien (bijvoorbeeld meer dan 200 Ampère). Als een automaat dit niet zou beveiligen dan zou binnen een paar seconden brand kunnen ontstaan door de warmteontwikkeling in de bedrading. Daarom schakelt een automaat een groep waar een kortsluiting zich voordoet binnen een fractie van een seconde uit.

De tweede onwenselijke situatie is overbelasting. Daarbij zal langdurig, bijvoorbeeld een tiental minuten of nog langer, een zodanig hoge stroom vloeien dat de elektrische bekabeling oververhit raakt en brand kán ontstaan.

Een automaat kan beide onwenselijke situaties voorkomen. Een automaat, en dat is voor vele nieuw, heeft twee afzonderlijke beveiligingscircuits. Eén voor kortsluiting en één voor overbelasting.

Bij een kortsluiting loopt er een zéér hoge stroom en in de automaat zit een elektromagnetische schakelaar (een spoeltje die dan magnetisch wordt zodra er een stroom doorheen loopt). Bij een bepaalde (zeer hoge) stroom zal zoveel magnetische aantrekkingskracht ontstaan dat hij een schakelaar kan bedienen die de stroomkring onderbreekt (technici herkennen dit schakelmechanisme als een relais of magneetschakelaar).

Meestal is een elektriciteitsgroep in een woning beveiligd met een B16 automaat, een automaat met een nominale stroom van 16 Ampère (16A). Bij een kortsluiting zal de kortsluitbeveiliging van de automaat op zijn vroegst aangesproken worden bij minimaal 3 keer de nominale stroom en op zijn laatst bij 5 keer de nominale stroom[2] (zie de blauwe stippen in de grafiek), in dit voorbeeld van een B16 automaat is dit dus tussen de 3 x 16A = 48A en 5 x 16A = 80A.

Bij een kortsluiting, waarbij de stroom zomaar kan oplopen tot 200 Ampère, zal de B16 automaat meteen die groep uitschakelen.

grafiek met afgebeeld een b-karakteristiek van een b-automaat (zekering)
B, C en D karakteristiek van een automaat

Overbelasting wordt gezien wanneer er een grotere stroom loopt dan de nominale waarde van de automaat maar niet in het gebied komt van 3 tot 5 keer de nominale stroom (bij een type B automaat), want dat is het gebied van de kortsluitbeveiliging.

Voor de overstroombeveiliging bevat de automaat een tweede onderbreker. Die werkt niet op basis van magnetisme, maar op basis van temperatuur. In de automaat zit een bimetaaltje, dat is een stukje metaal dat normaal recht is, maar krom trekt als het flink warm wordt. De stroom die door de automaat naar de groep vloeit, gaat niet alleen door het spoeltje van de magneetschakelaar, maar ook door het bimetaaltje.

Naarmate de stroom in die groep hoger wordt, hoe warmer het bimetaaltje wordt. Als de temperatuur te hoog wordt (dus als de stroom gedurende een bepaalde tijd te hoog is) trekt het bimetaaltje krom en onderbreekt daardoor de stroomkring. Het is dus een thermische schakelaar.

Die thermische beveiliging zal op zijn vroegst bij 1,13 keer, en op zijn laatst bij 1,43 de nominale stroom actief worden als deze situatie zich meer dan een uur voordoet (geldt voor automaten 6-63A in woningen volgens IEC/EN 60974).

Naarmate de stroom groter wordt, zal de thermische beveiliging van de automaat sneller ingrijpen. Er bestaat een (logische) relatie tussen stroom en tijd. Die relatie is logisch omdat een bepaalde kleine overbelasting gedurende een zeer lange tijd in de bedrading (dus ook in het bimetaaltje) voor dezelfde opwarming zal zorgen als een bepaalde grote overbelasting maar dan gedurende een kortere tijd.

Naarmate de overbelasting langer duurt, zal ook de temperatuur stijgen in de bedrading en bimetaaltje. Die relatie tussen stroom en tijd en het uitschakelmoment van de automaat wordt weergegeven in de grafiek.

In de grafiek zie je de B, C en D karakteristieken van een automaat staan. Doorgaans tref je een B-automaat aan in je meterkast (een C-automaat gebruik je als je apparaten hebt met een zware motor die gedurende een korte tijd een zeer grote aanloopstroom heeft). Een D automaat zal je in een woning vrijwel nooit aantreffen.

Wij hebben in die grafiek twee rode stippen geplaatst, die staan gelijk aan de waarde 2 op de horizontale as. Die horizontale as geeft weer hoeveel keer er een stroom loopt dan de nominale waarde (de A-waarde van de automaat). De waarde twee betekent dat de stroom door de automaat twee keer zo hoog is dan de nominale waarde.

Bij een B16 automaat is dat dus een stroom van 2 x 16A = 32A. Dan kunnen we in de grafiek bij de verticale as aflezen wanneer de automaat zich uitschakelt (tript). Dat is op zijn vroegst bij circa 8 seconden en op zijn laatst na circa 40 seconden.

De NEN die deze norm, samen met zusterorganisaties in Europa opstelt, in België de AREI, het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties, weet dat als een elektrische installatie volgens de normen is gemaakt, dat een stroom van 32 Ampère (door 2,5 mm2 installatiedraad die in de elektriciteitsbuizen ligt in een woonhuis), wel kan zorgen voor een verhoging van de temperatuur van die aders, maar als dat beperkt blijft tot die 40 seconden, dan valt dit nog binnen de marge en zal totaal geen sprake zijn dat de isolatie van de kabel zou smelten.

Zou het langer duren (en daar zit natuurlijk een veiligheidsmarge in) dan zullen de draden zo warm worden dat de isolatie van die draden smelt en een kans op een vlamboog[3] ontstaat en dát kan zorgen voor een enorme warmteontwikkeling met brand tot gevolg.

Nou, dat was een heel verhaal, maar je begrijpt dat kortsluit- en overbelastingsbeveiliging heel belangrijk zijn. Nou komen we terug bij de thuisbatterij met steker. Die fungeert, net als de aansluiting op het elektriciteitsnet als een energiebron.

Maar, en komt de crux, deze energiebron is niet beveiligd met een automaat! En straks zal je begrijpen dat áls een automaat in/bij een thuisbatterij aangebracht zou worden, zelfs dat ook niet voor de gewenste beveiliging zorgt.

De automaten in je groepenkast beschermen je wel voor te hoge stromen vanuit het net naar de groepen, maar niet als binnen een groep een energiebron wordt aangesloten zoals een thuisbatterij met steker.

Je zal denken, dat is wel zo, maar die 800 Watt, dus 3,5A die zo'n thuisbatterij kan leveren, dat kan toch nooit tot overbelasting leiden en bij kortsluiting kan er maar 3,5 Ampère lopen, dus dat moet die bedrading die zeker 16A kan verdragen, toch wel aan?

Het antwoord daarop is, ja, in zo'n situatie kan de bedrading dat wel aan. Maar er zijn andere situaties denkbaar waarbij het wél fout gaat.

Stel dat je op één groep drie ventilatorkacheltjes van 2500 Watt aansluit (dat is wel vreemd, maar het kan), dat is samen 7500 Watt. De stroom die dan gaat lopen is dan 7500 Watt / 230 Volt = 32,6 Ampère. Normaal zou dan de B16 automaat in je groepenkast dit beveiligen en binnen circa 8 tot 40 seconden de groep uitschakelen.

Maar nu sluit je, op diezelfde groep, vijf thuisbatterijen aan van 800 Watt, dat is samen 4000 Watt. Die leveren dus samen een stroom van 4000 / 230 = 17,4 Ampère.

In die situatie zal die 17,4 Ampère vanuit die thuisbatterijen naar die ventilatorkacheltjes stromen. Maar die kacheltjes hebben 32,6 Ampère nodig, dus zal 32,6 - 17,4 = 15,2 Ampère zal vanuit het net, via de automaat naar die kacheltjes stromen.

Omdat door de automaat maar 15,2 Ampère stroomt, zal die nooit afschakelen. Maar door die elektriciteitsgroep waar die drie kacheltjes op aangesloten zitten, vloeit wel (tussen de vijf thuisbatterijen en de kacheltjes) een stoom van 32,6 Ampère. Dat is een overbelasting met een factor 2, en dat wordt dus niet door de automaat beveiligd. De automaat zal dus in deze situatie nooit ingrijpen. Terwijl iedereen meteen begrijpt dat hier iets vreselijk mis gaat, dus wél ingegrepen zou moeten worden. Maar helaas...

Dus na 8 tot 40 seconden gebeurd er niets (terwijl een B16 automaat bij een stroom van 32A wél zou afschakelen). De bedrading zal in dit gevel steeds warmer worden en die warmte kan nauwelijks weg in de elektriciteitsbuizen die zich in de muur of vloer/plafond bevinden. Dus uiteindelijk zal dit waarschijnlijk zo heet worden dat de isolatie gaat smelten en dan ligt een vlamboog[3] op de loer.

Een vlamboog kan ontstaan als twee aders zéér dicht bij elkaar komen (vrijwel tegen elkaar aan, maar nét niet). Dit komt vooral voor als de isolatie in de bedrading smelt en doordat ergens de twee aders in een elektriciteitsbuis door mechanische spanning op elkaar drukken, bijvoorbeeld in een bocht. Dan kunnen de aders zich door de smeltende isolatie heen drukken (dat gaat langzaam) en op het moment dat die aders vrijwel elkaar raken kan een vlamboog ontstaan. En zo'n vlamboog produceert zéér veel hitte[3] en dat kan dus leiden tot brand.

Maar als ik nou één thuisbatterij met steker gebruik, is er dan geen gevaar? Want dan vloeit er toch een stroom groter dan 16A?

Dat is een leuke vraag. Bij een groep die beveiligd is met bijvoorbeeld een B16 automaat, zal op zijn vroegst de automaat uitschakelen wanneer 1,13 keer die 16 Ampère stroomt, dus bij 1,13 x 16A = 18A.

Als je op die groep een thuisbatterij "met steker" aansluit met een vermogen van 800 Watt (dat is 800W / 230V = 3,5 Ampère), dan zal dus 3,5A stroom aan die groep toegevoegd worden. Als die groep al maximaal belast wordt en daar komt dan nog eens de stroom van de thuisbatterij bij, dan vloeit er 18 + 3,5 = 21,5 Ampère door die groep (ervan uitgaande dat die stroom door apparaten in diezelfde groep opgenomen wordt).

Die 21,5 Ampère is dus een overbelasting met een factor van 21,5A / 16A = 1,34 keer de nominale waarde van de automaat. Kijk nu eens in de grafiek, dan zie je dat een overbelasting met een factor 1,34 binnen de marge valt tussen 1,13 en 1,43 keer de nominale waarde. Hoewel een automaat bij 1,13 keer de nominale waarde al af zou kunnen schakelen, zou het ook kunnen dat hij dat pas doet bij uiterlijk bij 1,43 keer de nominale stroom.

Omdat die 1,34 keer de nominale stroom (16A x 1,13 + 3,5A) in de "marge" van 1,13 en 1,43 valt, wordt dit gezien als een "veilig gebied" en ontstaat dan dus geen gevaar. Dus één thuisbatterij van 800 Watt aansluiten op een groep is dus gewoon veilig.

Wat gebeurd er als je twee thuisbatterijen van 800 Watt aansluit op één groep?

Twee thuisbatterijen leveren maximaal een vermogen van 1600 Watt, dat is dus maximaal 7 Ampère. De B16 automaat zal niet ingrijpen tot 1,13 keer de nominale waarde, dus 18 Ampère. Daar komt de 7 Ampère bij van de twee thuisbatterijen "met steker". Samen dus 18 + 7 = 25 Ampère. En 25 Ampère is een overbelasting van 25 / 16 = 1,56 maal de nominale waarde. Dat valt dus buiten het "veilige" gebied van 1,13 en 1,43 keer de nominale waarde.

Dit is dus een onveilige situatie en een automaat zou deze situatie moeten beveiligen door de groep uit te schakelen. Een B16 automaat zal op zijn vroegst bij 1,13 en op zijn laatst bij 1,43 maal de nominale waarde ingrijpen. Dus als er een overbelasting is, zoals in dit voorbeeld van een factor 1,56 dan moet de automaat dus ingrijpen.

Maar in de situatie dat je twee thuisbatterijen in één groep aansluit is het mogelijk dat die stroom van 25 Ampère binnen dezelfde groep blijft (als binnen die groep apparaten ingeschakeld zijn met een opgenomen vermogen van 25A x 230V = 5750W). In dat geval komt 18 Ampère via de automaat uit de groepenkast en 7 Ampère vanuit de twee thuisbatterijen.

In deze situatie zal de automaat in de groepenkast niet ingrijpen omdat de stroom van 18 Ampère binnen de marge valt wat een B16 automaat veilig acht. Want pas bij 22,9 Ampère (overbelasting van 1,43 keer) móet de automaat ingrijpen.

Dus in deze situatie zal de automaat niet ingrijpen. Terwijl iedereen zal begrijpen dat 25 Ampère door één groep met een automaat van 16A duidelijk een onwenselijke en potentieel gevaarlijke situatie is.

Twee thuisbatterijen in één groep is dus vragen om ellende. Vandaar dat niet alleen bij een thuisbatterij "met steker", of zonnepaneelomvormer "met steker" een beperking wordt opgelegd van 800 Watt, maar ook nog eens de beperking geldt dat maar één zo'n apparaat gebruikt mag worden binnen die elektrische installatie.

Als twee thuisbatterijen van 800 Watt hun stroom afleveren aan een andere groep dan hun eigen groep, is dat dan wel veilig?

Als twee thuisbatterijen hun stroom niet binnen de groep afleveren waar ze op aangesloten zijn (zoals hierboven beschreven), maar aan een andere groep (of groepen) in de woning, dan kán dat een veilige situatie zijn. Want die 1600 Watt, dus 7 Ampère van de thuisbatterijen, stroomt dan door de automaat in de meterkast en gaat vervolgens naar een andere groep of wordt (deels) teruggeleverd aan het net. Door die groep van de thuisbatterijen stroomt in dat geval 7 Ampère (als verder geen apparaten op die groep op dat moment aanstaan).

Dat is dan wél veilig. Maar dan moet je in die groep van van die thuisbatterijen dus geen apparaten aansluiten met een groot opgenomen vermogen, want dan kan het wel fout gaan.

Als je deze materie doorgrond, dan kan je dus met twee, zelfs met maximaal vier thuisbatterijen van 800 Watt (want: 4 x 800W = 3200W en 3200W / 230V = 13,9A), een elektrisch veilige situatie kunnen creëren. Daar is geen speld tussen te krijgen.

Maar de normeringsorganisaties kunnen natuurlijk geen rekening houden met situaties die mogelijk wél veilig zullen zijn. Zij moeten uitgaan van de slechtst denkbare situatie. Want die moet nog steeds veilig zijn.

Een technisch iemand zou dus best een veilig situatie kunnen maken, met twee thuisbatterijen op één groep. Omdat deze zich realiseert dat in die groep de stroom beperkt moet blijven.

Maar deze veiligheidsnorm gaat niet uit van kundige mensen, maar van "leken", die dus de materie in dit artikel niet kennen of niet doorgronden. Vandaar de beperking van maximaal één thuisbatterij met steker.

Trouwens, zelfs een kundig persoon kan (in zijn vakgebied) fouten maken, en de automaten moeten ook dán zorgen voor een veilige situatie.

En als ik drie thuisbatterijen aansluit op drie verschillende groepen? Dat moet dan toch veilig kunnen?

Als je drie thuisbatterijen aansluit op drie verschillende groepen (dat hoeven nog geen drie verschillende fases te zijn, die drie groepen mogen ook op een enkele fase aangesloten zijn), dan zou dit technische gezien geheel binnen de veiligheidsmarges vallen.

Maar zoals we al bij de vorige vraag hierboven al hebben toegelicht, een "leek" kán die drie thuisbatterijen ook op één groep aansluiten en dan zijn de rapen gaar. Men kan geen rekening houden met de kennis van de eigenaar van de thuisbatterij. Men gaat uit van een leek en dié moet men behoeden voor het ontstaan van onveilige situaties. Daarom geldt de beperking van maximaal één energieproducerend apparaat (van maximaal 800 Watt) per elektrische installatie. Waarom hebben we in dit artikel reeds uitgelegd.

Zou het slim zijn als thuisbatterij voorzien wordt van een automaat?

Als je deze vraag stelt, dan zou je dit artikel nog eens opnieuw moeten lezen, want dan doorgrond je nog niet het idee achter de beveiligende taak van de automaten in de groepenkast.

Maar we zullen je op weg helpen. Stel dat de thuisbatterij vanuit de fabriek van een automaat voorzien wordt. De vraag is, hoeveel Ampère moet die automaat zijn? 16 Ampère, met het idee dat er door die groep nooit een grotere stroom mag lopen dan 16A?

Vanwege meerdere redenen zou die een foute gedachte zijn. Want de thuisbatterij van 800 Watt kan maar een maximale stroom leveren van 800W / 230V = 3,5A. Er zal dus door die automaat van de thuisbatterij nooit een grotere stroom lopen van 3,5A (tenzij zich een kortsluiting zich voordoet in de thuisbatterij maar dan zal de automaat van de groepenkast ingrijpen).

Wellicht denk je, een automaat van 3,5 Ampère. Dat is op zich logisch gedacht, want dat is in lijn met de verwachting van de maximaal in te voeren stroom vanuit de thuisbatterij. Maar helaas, deze automaat zal de onveilige situaties zoals we die eerder in dit artikel hebben beschreven niet voorkomen.

Dat komt omdat de automaat in de thuisbatterij zich alleen bewust is van de stroom die vanuit de thuisbatterij door zijn automaat stroomt. Hij zal niet zien dat bijvoorbeeld nog twee andere thuisbatterijen (met automaten) op dezelfde groep aangesloten zijn én dat vanuit de groepenkast een stroom vloeit van bijvoorbeeld 15A.

In die situatie stroomt er door de draden van die groep dus 3 x 3,5A + 15A = 25,5A. Dat is dus véél te veel voor de draden in een elektriciteitsgroep. Maar de automaat in de groepenkast grijpt niet in, want die denkt: ik meet maar 15A dus dat is veilig. En iedere automaat van 3,5A in de drie thuisbatterijen meten ieder ook maar 3,5A, dus ook die denken, het gaat allemaal goed, niets aan de hand.

Maar het gaat dus wél fout. Dat komt dus omdat niet één automaat zicht heeft over de gezamenlijke stromen die door die groep vloeien. Daarom zal een automaat in een thuisbatterij totaal niets toevoegen.

Dit probleem is alleen maar op te lossen als de stroom vanuit de thuisbatterij(en) wel door de automaten van de groepenkast vloeit. Dat is alleen maar mogelijk als de thuisbatterijen, via een aparte groep, aangesloten zijn op het punt waar de draden van alle groepen samenkomen in de groepenkast. De stroom die de thuisbatterijen dan leveren aan een groepen (of terug aan het net) zal dan altijd via de automaat van een groep lopen. En daar gaat de volgende paragraaf over.

Als je een speciale elektriciteitsgroep laat aanleggen naar de groepenkast, gelden dan ook de beperkingen?

Stel dat je opdracht geeft aan een gecertificeerde elektrotechnicus om een extra groep aan te leggen. Dan wordt voor die groep een extra automaat in de groepenkast aangebracht. Die automaat zal doorgaans een B16 automaat zijn.

Op voorwaarde dat je op die groep absoluut niets anders dan elektriciteit producerende apparaten aansluit (dus geen elektriciteit consumerende apparaten zoals een wasmachine), dan, en alleen dan, mag je zonnepaneelomvormers en/of thuisbatterijen aansluiten met een maximaal te leveren vermogen van 16A x 230V = 3680 Watt[4]. Dat kunnen dus maximaal vier thuisbatterijen van 800 Watt zijn. Maar dat mag ook één thuisbatterij zijn met een vermogen van maximaal 3680 Watt.

  1. Bij berekeningen hebben we, om de leesbaarheid te vergroten, soms de uitkomst afgerond.
  2. Dit geldt voor een automaat met een B-karakteristiek. Bij een C-automaat is dit bij 5 en 10 keer de nominale stroom.
  3. Een vlamboog kan je voorstellen als een continue proces van het overspringen van vonken. Dit heb je vast wel eens gezien, want bij elektrisch lassen wordt juist van een vlamboog gebruik gemaakt. En daar ontstaat zoveel warmte dat men dikke twee metalen aan elkaar kan laten smelten (samen met het metaal waaruit de laselektrode is gemaakt).
  4. Wil meer dan 3680 Watt invoeren dan moet je meerdere extra groepen aan laten leggen. Op drie van deze groepen kan dan maximaal 3 x 3680 = 11040 Watt geleverd worden door thuisbatterijen en/of zonnepaneelomvormers.

home­ >elektriciteit >thuisbatterij