Opbouw van een thuisbatterij
In dit artikel bekijken we hoe een thuisbatterij is opgebouwd. Wat zijn, functioneel gezien, de hoofdcomponenten en waar dienen die voor?
Basisonderdelen van een thuisbatterij
Onderstaande opsomming bevat de basisonderdelen van een thuisbatterij.
- accu
- acculader
- battery management system (BMS)
- omvormer
- besturing
- vermogensmeting netaansluiting
- koeling
- eilandberdijf voorzieningen
Accu
De accu is het centrale onderdeel van een thuisbatterij[1]. Hierin wordt de elektrische energie opgeslagen die je op een later tijdstip kan gebruiken.
Hoeveel energie opgeslagen kan worden is afhankelijk van de accucapaciteit die wordt uitgedrukt in kWu. Hoe meer accucapaciteit, hoe meer zonne-energie opgeslagen kan worden, en op een later tijdstip gebruikt kan worden (zoals in de avond en nacht).
De accu is het grootste en zwaarste onderdeel van de thuisbatterij. Hoe meer accucapaciteit de thuisbatterij heeft, hoe groter en zwaarder hij zal zijn.
Tijdens het laden én ontladen van de accu zal warmte ontstaan. De accu moet dus gekoeld worden want als de temperatuur structureel hoog is van de accu dan heeft dat een grote negatieve invloed op de levensduur van de accu.
Vroeger werden NMC (Li-ion) accu's gebruikt (en nog steeds in bepaalde modellen), maar die hebben een kortere levensduur dan de tegenwoordig toegepaste LFP (Lithium Ijzer fosfaat) accu's. Dit laatste type heeft dus duidelijk de voorkeur. Daarnaast is de LFP accu ook nog eens veiliger dan de NMC accu.
Thuisbatterijsystemen kan je indelen in twee groepen, degene die werken met een accu met een relatief lage spanning van rond de 50 Volt (LV-battery), en de thuisbatterijen die gebruik maken van accu's met een hoge spanning (HV-battery). Hoe hoog die spanning is zal per model anders zijn, maar denk aan spanningen tussen de 150 en 600 Volt.
Dat deze tweedeling bestaat vanwege een aantal redenen. Zo speelt de veiligheid voor diegene die de thuisbatterij moeten installeren, onderhouden en repareren een rol. Een spanning van 50 Volt is volkomen veilig, je kan gerust de + en - pool van de accu met twee handen vastpakken zonder dat je daar iets van merkt.
Bij hogere spanningen moet je dat niet doen, dan kan elektrocutie plaatsvinden. Bij 230 Volt wisselspanning is dit vaak nog te overleven, maar bij gelijkspanning, specifiek omdat het gelijkspanning is, kan je tijdens elektrocutie "niet meer loslaten" terwijl dat bij wisselspanning vaak dat nog vaak wél mogelijk is.
Bij gelijkspanningen wordt de veilige grens gelegd bij 120 Volt, hogere spanningen zijn dus zéér gevaarlijk en levensbedrijgend.
Als eigenaar van een thuisbatterij heb je totaal geen last van dit gevaar, alle spanningvoerende onderdelen zijn immers afgeschermd. Dat sommige fabrikanten toch kiezen voor de hoogspannings accu's komt omdat de verliezen in (de interne) bekabeling flink lager zijn dan bij een laagspanning accu. De accukabels bij een laagspanningsaccu zijn vaak vingerdik (dus duur) terwijl bij een hoogspanningsaccukabel een relatief dun koperdraadje volstaat.
Daarnaast heeft de acculader én omvormer bij laagspanningsaccu's een groter verlies dan bij een hoogspanningsaccu. Dit komt omdat er een relatie bestaat tussen het spanningsverschil tussen de ingang en uitgang van de omvormer en het rendement van die omzetting. Hoe groter het spanningsverschil tijdens de omzetting, hoe groter het elektrisch verlies.
Per definitie zal een hoogspanningssysteem lagere verliezen hebben, dus minder warm worden, dus ook minder (actief) gekoeld hoeven worden en zullen de totale elektrische verliezen lager zijn en dat zie je terug in de zogenaamde round trip efficiency.
Acculader
Een accu werkt met gelijkspanning, bijvoorbeeld 48 Volt. De elektriciteit waarmee de accu geladen wordt komt meestal uit de zonnepaneelomvormer en die levert 230 Volt wisselspanning.
De acculader heeft tot taak de 230 Volt wisselspanning om te zetten in (bijvoorbeeld) 48 Volt gelijkspanning. De acculader is dus feitelijk een omvormer, net als de lader van je mobiele telefoon, alleen dan moet hij een accu laden met een veel groter vermogen.
De lader van je telefoon wordt zoals je hebt gemerkt goed warm. Bij een thuisbatterij is dat ook zo. Dat zijn dus elektrische verliezen die zich vertalen in warmteproductie.
Een acculader van een HV-accu (hoge spanningsaccu) zal minder verliezen hebben dan een LV-accu.
De hybride omvormer heeft hier een streepje voor. Want bij een hybride omvormer sluit je de zonnepanelen rechtstreeks aan, dus zonder gebruik van een zonnepaneelomvormer.
Die zonnepaneelomvormer is dan niet meer noodzakelijk omdat de zonnepanelen gelijkspanning leveren en de accu ook met gelijkspanning geladen moet worden. Het enige is dat de zonnepanelen een variabele spanning leveren en ook nog eens van een spanning die hoger is dan de accuspanning.
In een hybride omvormer zit dus wel een acculader maar die werkt heel anders dan een omvormer die van wisselspaning gelijkspanning moet maken. De hybride omvormer heeft een zogenaamde DC/DC converter (gelijkspanning/gelijkspanning omvormer). Ook die kent elektrische veliezen, maar die zijn lager dan een wisselspanning/gelijkspaningsomvormer.
Battery Management System (BMS)
De acculader levert alleen een bepaalde spanning waardoor de accu geladen kan worden. Maar dat laden moet stoppen als de accu (vrijwel) vol is. Zou de accu voorbij dat punt geladen worden, dan zal de temperatuur sterk oplopen en op een gegeven moment zal de accu zelfs defect raken. In het ergste geval gaat dit gepaard met het ontsnappen van giftige gassen en mogelijk zelfs brand.
Een van de taken van het battery management systeem (BMS) is om het laden te stoppen bij een bepaalde "vulgraad" van de accu (wat SOC wordt genoemd).
Mede vanwege de veiligheid, maar ook vanwege de levensduur van de accu, zal het BMS het laden van de accu stoppen als deze vol is, maar ook als de temperatuur van de accu té ver is gestegen.
Het BMS heeft dus twee aparte beveiligingen om te voorkomen dat een accu "in rook opgaat". Onanks deze beveiligingen lees je toch af en toe dat een ebike, laptop, smartphone, elektrische auto, escooter, hooverbord en ook een thuisbatterij "in rook opgaat". Al die apparaten hebben een accu mét een BMS. Wat in dat geval is gebeurd dat beide beveiligingen van het BMS hebben gefaald en de accu ongecontroleerd (dus te ver) is opgeladen.
Het zal je niet verbazen dat A-merken betere kwaliteit onderdelen gebruiken dan niet A-merken, en hoewel we geen gegevens hier over hebben, is het een redelijke aanname dat niet A-merken vaker dan gemiddeld "in rook opgaan".
Wordt nu niet bang, want heb je ooit wel eens stilgestaan dat je laptop, telefoon, ebike, kruimelzuiger, accuboormachine, accu-heggeschaar (of verzin maar een apparaat waar een oplaadbare batterij in zit) in rook kan opgaan?
En toch gebeurt het, maar die kans is zeer gering. Beter is om accu's niet op te laden bij afwezigheid. Schakel een acculader dus altijd uit in de nacht. Je weet maar nooit. Bij een thuisbatterij is dat niet mogelijk.
Het battery management system heeft nog een paar andere taken. Zo zal het BMS het ontladen van de accu blokkeren als de lading (SOC) van de accu een bepaald kritisch punt bereikt. Feitelijk neemt het BMS een veilige margen voor dit kritische punt.
Dit kritische punt is dat de spanning van een accu te laag wordt en dan sprake is van een diepontlading. Bij een diepontlading zal de accu onherstelbaar defect raken. Dus het BMS zorgt ook hier dat de accu niet in de gevarenzone komt.
De derde taak die het BMS heeft om regelmatig de accucellen waaruit een accu bestaat, te "load balancen". Tijdens het gebruik van een accu (die uit meerdere cellen bestaat en dat geldt voor alle thuisbatterijen) zal door geringe verschillen bepaalde cellen sneller leeg raken en andere cellen sneller volgeladen zijn.
Zodra het BMS bemerkt dat tijdens het laden één cel de kritische "vol" grens bereikt heeft, zal hij het laden voor de hele accu stoppen, ook al zijn andere cellen mogelijk nog niet helemaal geladen. Andersom geldt ook dat tijdens het ontladen het BMS de ontlading van iedere cel bewaakt. Als één cel de kritische grens heeft bereikt, zal het BMS het verder ontladen direct blokkeren.
Zo kan het gebeuren dat na een aantal weken dat de accu gebruik is, de beschikbare accucapaciteit minder is dat wat technisch mogelijk is. Op dat moment zal het BMS de accucellen "load balancen". Hierbij wordt, als we het heel eenvoudig beschrijven, de accu eerst volgeladen. Op dat moment zijn er altijd accucellen die nog niet voor de 100% geladen zijn, en die cellen worden individueel op 100% gebracht. Dit load balancen kost tijd, circa 1 tot 2 uur. Gedurende die tijd kan de accu niet gebruikt worden.
Dit load balancen is niet iets specifieks voor de thuisbatterij, dit gebeurd zonder dat je het weet bij álle moderne accu's die uit meerdere cellen bestaan (je telefoon heeft maar één cel, dus daar vindt dat niet plaats).
Het BMS zal ook, op verzoek van de fabrikant van de thuisbatterij (en soms is dit ook voor de eigenaar in te stellen) de laad- en ontlaadstroom beperken om daarmee de accu-levensduur te verlengen. Ook zal het BMS de DoD (Depht of Discharge, tot hoever de accu ontladen wordt) in de gaten houden en als die gewenste grens bereikt wordt het ontladen stoppen. Het is namelijk niet verstandig om de totale capaciteit van een accu te gebruiken. Gebruik je niet 100% van de capaciteit maar bijvoorbeeld 90% dan zal dit een positieve invloed hebben op de levensduur. Een nog lagere DoD waarde zal de levensduur nog verder verlengen.
De DoD wordt bepaald door de fabrikant van de thuisbatterij, maar soms is dit ook instelbaar door de eigenaar.
Omvormer
Het doel van de thuisbatterij is om opgeslagen zonne-energie later (in de avond en nacht) te gebruiken waardoor de elektrische apparaten geen energie uit het net hoeven te betrekken (of zeer beperkt). Die energie zit in de accu, maar die werkt met een gelijkspanning van bijvoorbeeld 48 Volt. Maar je elektrische apparaten werken met 230 Volt wisselspanning.
In de thuisbatterij zit een omvormer die de gelijkspanning kan omzetten in wisselspanning. Zoals je al aanvoelt, zal ook deze omzetting gepaard gaan met omzetverliezen. Dus er ontstaat warmte.
Bij gebruik van een HV-accu zal minder verlies (dus minder warmte) ontstaan dan bij een LV-accu.
Bij het ontwerp van de thuisbatterij zal de fabrikant een keuze moeten maken hoeveel vermogen de omvormer maximaal kan leveren. Soms wordt bewust gekozen voor een relatief laag vermogen van maximaal 800 Watt zoals bij de "thuisbatterij met steker", maar een vermogen van 1200 tot 2400 Watt (of nog veel hoger) zijn gebruikelijkere waarden.
Realiseer dat er een relatie bestaat tussen het maximaal te leveren vermogen en de capaciteit van de accu. Dat komt omdat het onverstandig is om de accu snel te ontladen omdat dit een negatieve invloed heeft op zijn levensduur.
Een voorbeeld: stel je hebt een accu met een capaciteit van 4 kWu. Als de omvormer in de thuisbatterij een maximum vermogen kan leveren van 4000 Watt (4 kW), dan zou de accu binnen één uur geheel ontladen kunnen worden.
Een accu ontladen in één uur ontladen, kán maar is niet slim. Op dat moment wordt zéér veel warmte ontwikkeld in de accu en dat heeft dus invloed op de levensduur. Het is beter om de accu in maximaal 4 of 5 uur te ontladen.
In dat geval zou een accu met een capaciteit van 16 kWu er dus beter bij passen. Want als de thuisbatterij een vermogen levert van (continue) 4000 Watt (4 kW) dan zal een accu van 16 kWu pas na 4 uur ontladen zijn. Dat vindt de accu veel prettiger en zal dit belonen met een aanzienlijk lanegere levensduur. Nog beter zou zijn als de accu in maximaal vijf uur ontladen wordt.
Zo zie je dus dat er een (wenselijke) relatie bestaat tussen het te leveren maximale vermogen en de accucapaciteit.
Mocht jouw thuisbatterij relatief veel vermogen kunnen leveren maar je accucapaciteit is beperkt, dan is het raadzaam om de ontlaadsnelheid (ontlaadstroom) in de instellingen van de thuisbatterij te beperken (als dat mogelijk is).
Besturing
De thuisbatterij heeft als primaire doel om zonne-energie in de accu op te slaan in plaats van dit terug te leveren aan het net, en later die energie weer te leveren als de zonnepanelen onvoldoende of geen vermogen meer leveren[2]. Dus moet een besturing, die uitgevoerd wordt door de combinatie van een klein computertje en software, het proces van laden en ontladen van de accu "besturen".
Wanneer de thuisbatterij de accu wil laden moet deze weten of er zonne-energie "over" is. Die informatie krijgt hij doordat op de hoofd-elektriciteitsleiding die je meterkast binnenkomt continue het vermogen gemeten wordt.
Is het vermogen positief (bijvoorbeeld +872 Watt), dan is er sprake van verbruik (de energiemaatschappij levert jou elektriciteit). Is het vermogen negatief (bijvoorbeeld -460 Watt) dan lever je dus energie terug aan het net (ook wel injectie genoemd).
Zodra de thuisbatterij een negatief vermogen meet op de hoofd-elektriciteitsleiding, zal hij met hetzelfde vermogen de accu gaan laden. Wordt op een bepaald moment bijvoorbeeld -460 Watt gemeten, dan zal de besturing van de thuisbatterij de acculader de opdracht geven om de accu te laden met 460 Watt. Daarmee bereikt hij dat álle zonne-energie (die anders aan het net teruggeleverd zou worden) aangewend wordt voor het laden van de accu. Een voorwaarde is natuurlijk wel dat de accu nog niet volgeladen is. Want in dat geval wordt die 460 Watt in dit voorbeeld gewoon teruggeleverd aan het net.
De meting van het vermogen van en naar het net vindt doorgaans ééns per seconde plaats. Als na een seconde het vermogen is "gestegen" is van -460 naar -481 Watt, dan zal de thuisbatterij de acculader opdracht geven om met 481 Watt te laden. Hoe technisch de vermogensmeting plaatsvindt behandelen we later.
Wanneer het vermogen naar het net positief wordt, dan zal de thuisbatterij stoppen met het laden van de accu. En zal juist de accu gaan ontladen en elektriciteit gaan leveren om de vraag naar elektriciteit vanuit het net terug te brengen naar nul.
Stel dat het overdag bewolkt is en de zonnepanelen leveren maar bijvoorbeeld 600 Watt en je zet een waterkoker aan met een opgenomen vermogen van 2400 Watt, dan zal de vermogensmeting van de netaansluiting en vermogen meten van 2400 - 600 = 1800 Watt. Dus wordt vanuit het net 1800 Watt vermogen geleverd, en dat kost geld.
Na een seconde zal de thuisbatterij hierop reageren door de omvormer van de thuisbatterij de opdracht te geven om 1800 Watt te leveren. Hierdoor zal het verbruik van 1800 Watt gecompenseerd worden en resulteren in 0 Watt, dus geen verbruik vanuit het net. En dat is de basistaak van de thuisbatterij: "nul-op-de-meter" (NOM). Zorgen dat, zolang dat mogelijk is, de elektriciteitsmeter 0 Watt aangeeft.
De thuisbatterij kan dit alleen maar zolang: 1. voldoende energie beschikbaar is in de accu en 2. de omvormer van de thuisbatterij dit vermogen (in dit voorbeeld 1800 Watt) kan leveren.
Stel dat je thuisbatterij een maximum te leveren vermogen heeft van 1200 Watt. Dan zal je in dit voorbeeld 600 Watt "te kort" komen. Hoewel de thuisbatterij streeft naar NOM, is dat een "streven" geen garantie. Levert de thuisbatterij in dit voorbeeld maar 1200 Watt dan heb je weliswaar toch een verbruik van 600 Watt. Je kan dat jammer vinden, maar je kan ook het bekijken dat je (in dit geval) de vermogensafname met haast twee-derde hebt beperkt, en het benodigde vermogen voor twee-derde met zonne-energie (uit de accu) geleverd werd.
Natuurlijk, een thuisbatterij die meer vermogen levert, bijvoorbeeld 3000 Watt is prettiger, maar zoals je hebt gelezen hoort daar ook een grotere accu(capaciteit) bij en dat maakt hem flink duurder. En dan nog, ook met een thuisbatterij die 3000 Watt kan leveren zal je mee maken dat nul-op-de-meter niet altijd mogelijk is. Stel dat je in de avond de waterkoker (2400 Watt) aanzet én de oven (2500 Watt), dan zou de thuisbatterij 2400+2500=4900 Watt moeten leveren, maar hij kan "maar" 3000 Watt leveren (en dat vinden wij al een flinke jongen). Je komt dan dus 1900 Watt te kort. Aan de andere kant, je hebt 3000 Watt afname weten te voorkomen en die kwamen, heel milieu vriendelijk, uit je eigen zonnepanelen.
Verdiepingsstof tref je aan in het artikel over het vermogen dat een thuisbatterij kan leveren.
Een geruststellende afsluiting van dit onderwerp, in 95% van de tijd zal je verbruik in de avond en nacht onder de 300 Watt liggen, dat kan iedere thuisbatterij prima aan.
De besturing heeft nog meer taken zoals het starten van ventilatoren, zorgen dat de eigenaar het apparaat kan bedienen/instellen, mogelijk met een app op de telefoon en soms nog andere functies die voorbij gaan aan dit onderwerp.
Vermogensmeting netaansluiting
Hiervoor hebben we beschreven dat de besturing van de thuisbatterij "meet" hoeveel vermogen vanuit het net geleverd of juist teruggeleverd wordt.
Die meting kan op verschillende manieren uitgevoerd worden. Welke meetmethode toegepast wordt bepaald door de fabrikant. Vaak zijn meerdere meettechnieken beschikbaar waardoor je dié kan kiezen die voor jouw situatie het prettigst is. Welke meetmethodes gebruikt kunnen worden sommen we hieronder op.
- meetgegevens gebruiken van de slimme meter via de P1 poort
- aparte vermogensmeter
- stroomtransformator
Meetgegevens gebruiken van de slimme meter via de P1 poort
Heb je een slimme meter, dan meet deze constant het vermogen dat geleverd of teruggeleverd wordt aan het net. Daarnaast registreert de slimme meter nog veel meer gegevens, maar die zijn hier nu niet relevant.
Die meetgegevens zijn beschikbaar op de zogenaamde P1 poort. Op de slimme meter zit een klein klepje en als je dat opendoet kan je daar een klein stekertje in steken en daarop komen de meetgegevens van de slimme meter beschikbaar, onder andere dus het vermogen (in Watt).
Die gegevens kunnen door de thuisbatterij gebruikt worden. De fabrikant levert dan een "P1 dongle" die de meetgegevens beschikbaar stelt voor de thuisbatterij. De overdracht van die gegevens kan plaatsvinden via WIFI, via Ethernet of RS485. Het voordeel van de P1 meetmethode is dat hij vrijwel niets kost, de meting wordt toch al uitgevoerd door je slimme meter, je hoeft alleen die gegevens maar uit te lezen, hoe simpel kan dat zijn?
Bij deze P1 poort meetmethode is wel een puntje van aandacht. Slimme meters zijn door de tijd steeds geavanceerder geworden. De meest toegepaste slimme meters zijn gemaakt op basis van de DSMR4 of DSMR5 normering. Beiden leveren voor de thuisbatterij de benodigde vermogenswaarde. Alleen levert een DSMR4 slimme meter dit een keer per 10 seconde en een DSMR5 meter doet dit een keer per seconde.
Met beide slimme meters is "nul op de meter" realiseerbaar, alleen bij DSMR4 heeft dit altijd een vertragingstijd van 10 seconden. Daarom is een DSMR5 meter prettiger omdat de thuisbatterij vrijwel direct reageert op wisselende opname of terugleveringsfluctuaties. Heb je een DSMR4 meter en heb je de keuze voor een stroomtransformator meetmethode, dat heeft dat de voorkeur.Een derde meetmethode is dat gebruik gemaakt wordt van een stroomtransformator, ook wel current transformer (CT) of CT-clamp genoemd. Dit is een hele eenvoudige maar snelle meetmethode. Die werkt op het principe dat een stroomvoerende draad een (klein) magnetisch veld produceert. Door het magnetisch veld rond de draad te meten kan berekend worden hoeveel stroom door die draad vloeit. Het vermogen dat door de draad wordt getransporteerd is eenvoudig te berekenen door de stroom te vermenigvuldigen met de spanning. Zou de stroomtransformator bijvoorbeeld 2 Ampère meten, dan is het vermogen 2 A x 230 Volt = 460 Watt.
De stroomtransformator is een klein blokje die je open kan klappen, om de fase draad aanbrengt (klemmen is niet het juiste woord, hij zit er heel losjes om heen) en weer dichtklapt. Aan de stroomtransformator zit een snoertje en dat moet verbonden worden met de thuisbatterij. De stroomtransformator breng je alleen aan om de fasedraad van de hoofdaansluiting. Normaal gesproken direct na de hoofdschakelaar.
Heb je een driefase aansluiting op het net, dan zal je om alle drie de fases een stroomtransformator aan moeten brengen. Dit is ook noodzakelijk als je thuisbatterij uitgevoerd is met een éénfase aansluiting. De thuisbatterij, ook al kan hij maar op één fase energie opnemen of leveren, zal toch voor "nul op de meter" zorgen. Wordt op fase 1 bijvoorbeeld 200 Watt geleverd uit het net, op fase 2 300 Watt en op fase 3 400 Watt, samen dus 900 Watt, dan zal de thuisbatterij 900 Watt leveren om het verbruik te compenseren. Op welke fase hij dit doet is niet relevant. Dat komt omdat de elektriciteistmeter "intern saldeert". Stel dat de thuisbatterij in dit voorbeeld aangesloten is op fase 1, dan zal het resultaat op die fase zijn: +200 -900 = -700 Watt, dus wordt op fase 1 700 Watt teruggeleverd. De elektriciteitmeter meet dan op de drie fases: -700, +300 en +400 Watt en gesaldeerd (gesommeerd) is dit 0 Watt, dus "nul op de meter". Meer over dit onderwerp in het artikel over enkel en driefase thuisbatterijen.
Koeling
Je hebt in dit artikel al vaak de term "elektrische verliezen" en "warmteontwikkelin" langs zien komen. De thuisbatterij heeft dan ook flinke verliezen. Even met een natte vinger: 10% bij een hybride omvormer en 20% bij een "normale" thuisbatterij.
Dat betekent dat als een accu van 10 kWu eerst geheel geladen en later geheel ontladen wordt, 10 of 20% van die energie vrijkomt als warmte. Dat is in dit voorbeeld dus 10 kWu x 0,1 = 1 kWu of 10 kWu x 0,2 = 2 kWu.
Wellicht heb je geen beeld bij 1 of 2 kWu warmte. Daarom een vergelijking met een ventilatorkacheltje van 2000 Watt, als je die één uur constant op de hoogste stand aanhebt wordt er 2 kWu warmte ontwikkeld. In de winter is dat niet erg, maar in de zomer ben je die warmte liever kwijt dan rijk.
De thuisbatterij zal dus de geproduceerde warmte kwijt moeten raken. Daarbij wordt gebruik gemaakt van convectie (met koelribben) en/of ventilatoren.
Doorgaans zal een combinatie gebruikt worden van koelribben en ventilatoren. Zolang de accu niet sterk wordt geladen of ontladen zal ook weinig warmteontwikkeling zijn en leveren de koelribben voldoende koeling. Bij een grote belasting komt veel warmte vrij en op dat moment zal de besturing de ventilatoren inschakelen, eerst relatief langzaam, maar als de temperatuur niet voldoende daalt zullen de ventilatoren steeds harder gaan draaien. Bij sommige thuisbatterijen kan dit voor geluidsoverlast zorgen.
Eilandbedrijf voorzieningen
Sommige thuisbatterijen hebben een mogelijkheid om in eilandbedrijf te werken. Daarbij blijft de thuisbatterij elektriciteit leveren aan je elektrische apparaten, ondanks dat de spanning van het net is uitgevallen vanwege een stroomstoring.
Dit eilandbedrijf mag alleen toegepast worden als voldaan wordt aan bepaalde eisen (die zijn in de elektriciteitswet opgenomen). Zo moet bij een stroomstoring direct (in een aantal milliseconden) het nog wel spanningsvoerend deel van de elektrische installatie automatisch losgekoppeld worden van het elektriciteitsnet.
Afhankelijk van de gekozen thuisbatterij of wens van de eigenaar kan dit inderdaad automatisch geschieden (zonder dat iemand merkt dat de spanning uitgevallen is blijft alles doorwerken), of er wordt gekozen dat in eerste instantie de spanning wegvalt en dat door het handmatig bedienen van een grote "omschakelaar" in de meterkast wordt de elektrische installatie omgeschakeld van "netkoppeling" naar "eilandbedrijf".
Wanneer gekozen wordt voor automatische omschakeling zal de thuisbatterij meestal een aparte 230 Volt aansluiting (of aansluitingen bij 3-fase) hebben die meestal "load" wordt genoemd. Daarop sluit je dié elektriciteitsgroepen die gedurende de stroomstoring voorzien blijven worden van elektriciteit. Daarin zal je wel keuzes moeten maken omdat het te leveren vermogen van de thuisbatterij altijd beperkt is. Meer informatie in het artikel over eilandbedrijf.
- Om de leesbaarheid te verhogen moet je overal waar we schrijven "thuisbatterij" lezen: thuisbatterij of hybride omvormer.
- Een thuisbatterij kan ook voor andere doeleinden gebruikt worden, maar dat valt buiten het bereik van dit artikel.
publicatie: 20241004
aanpassing/controle: 20241004
Foutje of aanvulling? Stuur ons een reactie